Gods wegen.
Het was warm en de moella was moe en loom.
De notenboom wierp zijn schaduw om zich heen en lokte. De omstandigheden voor een middagdutje waren ideaal.
Nasroeddin droomde mijmerend weg en mediteerde over de noten die aan de boom hingen Godvruchtig als hij was, leidden zijn bespiegelingen naar zijn favoriete onderwerp. Wat waren Gods wegen toch vreemd. Zulke kleine noten aan zo'n prachtige boom, terwijl de reusachtige pompoenen het met een lage struik moesten stellen!
Tevreden met zichzelf viel Nasroeddin in slaap: zelfs zijn middagdutje stond in het teken van het hogere.
Opeens schrok hij wakker van een noot die - pats - op zijn hoofd viel.
Au!
Onmiddellijk stond Nasroeddin op, hief zijn armen ten hemel en riep uit:
' O Allerhoogste, vergeef me dat ik uw wegen heb betwijfeld. Uw wijsheid overstijgt alles en allen.
Want waar zou ik nu geweest zijn als aan deze boom pompoenen hadden gegroeid.....!'
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
walterkas811@gmail.com