De mug.
Een zacht gesnor. Op mijn hand
daalt gonzend een mug neer,
een zweem van leven, zes leden teer -
waar kwam zij vandaan uit dit winterland?
Een snuit...sla ik toe? Bespaar ik mij
de druppel bloed waarvan zij leeft?
De lichte pijn die de steek me geeft?
Zij doet zoals ze moet. Ben ik als zij?
Steek dan maar toe, jij kleine vleugelziel,
zolang mijn ader je voeden mag,
zolang jij vecht voor je korte dag.
Steek maar toe , en neem je deel.
Wij zijn toch beiden, hoe anders ook gericht,
slechts kleine schaduwen van één groot licht.
Albrecht Haushofer
uit; De wil tot vrijheid
van Valentin Wember.
prachtig, je zou er medelijden mee krijgen
BeantwoordenVerwijderenen toch geef ik ze een mep, met hun irritant gezoem :-)
Hihi, de arme donders!
BeantwoordenVerwijderenMooi gedicht, maar steken, nee liever niet, ze zijn met zovele deze zomer...!
BeantwoordenVerwijderenJa echt een PRACHTIG gedicht, en deze troela doet dat ook zo, laat
BeantwoordenVerwijderenze gewoon een keertje prikken en dan ben je tenminste van dat gezoem af.
Erg apart!
Verwijderen